
Phytophthora
Phytophthora, ook wel aardappelziekte genoemd, is een plantenziekten veroorzakende organismen, dat vliegensvlug kan uitbreiden en hele aardappel en tomaten gewassen kan aantasten. Phytophthora vormt daardoor ook een serieuze bedreiging voor alle aardappelteelt in Nederland. In 2023 vond de zwaarste Phytophthora-aantasting in 30 jaar plaats. Zelfs aardappelrassen die een verbeterde resistentie hebben tegen de ziekte, bleken niet bestand.
De ziekte treft zowel professionele telers, maar ook ons als hobbymatige telers. Als volkstuinen hebben we de wettelijke plicht om Phytophthora te beheersen.
Phytophtora, de nachtmerrie op de volkstuin
Er gaat niets boven zelf geteelde aardappelen en tomaten. Ze smaken beter dan het aanbod dat je in de supermarkt aantreft en zijn onbespoten. Er zijn vele soorten aardappelen & tomaten. De ene soort is erg gevoelig voor de schimmel, terwijl de andere er juist in hoge mate resistent tegen is. Als de gevreesde schimmelziekte toeslaat, gaan alle alarmen op een volkstuin af. Door snel ingrijpen kan uitbreiding meestal worden beperkt. De schimmel kan zich razendsnel verplaatsen, zeker bij warm en vochtig weer. En een harde wind helpt nog een extra handje mee.
Met Phytophthora besmette aardappelplanten en tomatenplanten zijn voor kenners duidelijk te onderscheiden. Het begint met het loof dat bruine vlekjes krijgt. Die worden al snel groter en binnen de kortste keren kan voorheen nog gezond ogend gewas in een troosteloos bruine massa veranderen.
Kenmerken van Phytophthora
Phytophthora herkent u aan bruinzwarte vlekken op het blad. Aan de onderkant van het blad, op de grens van ziek en gezond, ontstaat wit schimmelachtig pluis. Op de stengels ontstaan dan bruin-zwarte vlekken, die vaak beginnen in de bladoksels. Door phytophthora aangetaste aardappelen zijn duidelijk herkenbaar aan donkere, beurse plekken en aan de onmiskenbaar onaangename geur, die in de buurt komt van rotte eieren.
Voorkomen is beter dan genezen
Op de Breede Morgen willen we de kans op phytophthora zo klein mogelijk houden. In geval van besmetting zijn er namelijk maar twee remedies: “Spuiten met chemische middelen of al het loof eraf halen en vernietigen”. Chemische middelen gebruiken we niet in onze biologische tuin, dus er blijft maar 1 optie over; het verwijderen van de zieke planten.
Dit kan je doen:
- Kies pootaardappelen met een NAK keurmerk en ga voor gewassen die goed resistent zijn tegen Phytophthora. Voorbeelden zijn Alouette, Cammeo, Twister, & Carolus. Sevilla is zelfs volledig resistent.
- Een enkele vergeten aardappel, die op een composthoop terecht is gekomen, kan een bron van besmetting vormen. Daarom is het belangrijk, dat bij het oogsten van aardappelen alle exemplaren uit de grond worden gehaald en worden verwijderd van de tuin.
- Aardappelplanten die ontspruiten aan een achtergebleven knol, moeten direct worden verwijderd als ongewenst tuinafval. Ongewenst tuinafval wordt in plastic zakken gestopt en afgevoerd van het tuincomplex. Dit afval wordt weggegooid als restafval. Gooi nooit op de composthoop!
- Teel niet vaker dan eens in de vier jaar aardappelen of tomaten op hetzelfde stuk grond. De pootaardappelen moeten minimaal 50 cm uit elkaar worden gezet en tussen de rijen moet minimaal 70 cm worden aangehouden.
- Bemest de grond waarin de aardappelen worden gepoot met mate. Te veel mest, -zo geldt in de professionele landbouw-, kan de ziekte in de hand werken.
- Zodra de schimmelziekte toeslaat loof en stelen verwijderen en afvoeren als ongewenst tuinafval.
- Op de hoogte brengen van het bestuur van de Breede Morgen, zodat er een bericht uit kan naar alle leden om extra waakzaam te zijn.
- Controleer regelmatig op infecties.