Milieuvriendelijk

Bij De Breede Morgen tuinieren we milieuvriendelijk, of zoals in onze statuten staat: biologisch. Dat betekent dat chemische bestrijdingsmiddelen niet bij ons thuis horen en anorganische meststoffen (kunstmest) worden geweerd. Het gebruik hiervan is dan ook verboden. We maken gebruik van wisselteelt om uitputting van de grond te voorkomen.

Bemesting

Natuurlijk willen we de groenten en fruit wel laten groeien. Om de grond vruchtbaar te houden gebruiken we meststoffen. Allereerst stalmest, de één prefereert koemest, de ander zweert bij paardenmest. Meestal wordt deze mest in verteerde vorm door de grond gewerkt of maakt het deel uit van de composthoop. Compost is in feite het beste voor de tuin: het geeft voedsel aan de grond en werkt structuurverbeterend.

Het tuinafval wordt bij ons niet weggegooid maar verzameld op de composthoop. Het beste kan men deze composthoop opzetten in de schaduw. Afwisselend lagen tuinafval, stalmest, gras (met mate, anders werkt het verstikkend), grond, een beetje kalk. Als je vervolgens de composthoop niet te droog en niet te nat houdt, af en toe omzet dan gaat het composteren van het tuinafval verder vanzelf.

Plaats, Combinatieteelt & Wisselteelt

Een gezonde plant is minder vatbaar voor ziekten en plagen dan een kwakkelende plant. Als een plant ineens van top tot teen onder de luis zit of wit is van de schimmel, dan is dat het bewijs dat de plant niet optimaal floreert. De cellen van gezonde planten zijn harder en taaier dan van zwakke planten en parasieten hebben minder kans schade aan te richten.

Naast goede grond is een goede plaats belangrijk. Ons tuincomplex is omgeven door een haag. De haag breekt de wind, nivelleert temperatuursverschillen en draagt bij aan een gevarieerd insectenleven. En natuurlijk houden wij er rekening mee of de plant graag veel zon krijgt of wel een beetje schaduw kan verdragen.

Ook kan combinatieteelt worden toegepast. Plantensoorten kunnen elkaar gunstig, maar ook ongunstig beïnvloeden. Erwten brengen stikstof in de grond waar andere planten van profiteren en sommige planten scheiden stoffen af die belagers van andere soorten op een afstand houden (bijvoorbeeld afrikaantjes tegen tomaten- en aardappelaaltjes). Ook al is het veelal niet bekend waarom de ene plant een gunstig of ongunstig effect heeft op een andere plant, deze ervaring van tuinders bied ons de mogelijkheid om de combinatieteelt toe te passen.

Tot slot passen we wisselteelt toe omdat de gewassen die jaar in jaar uit op dezelfde plaats staan de grond uitputten en de kans op ziekten sterk vergroten. Denk maar aan de aardappelen die (bij wet geregeld) maar ééns in de drie jaar op dezelfde plaats mogen staan.
Met wisselteelt wordt de groentetuin in vieren, vijven of zessen verdeeld om daar afwisselend koolgewassen, bladgroenten, wortelgewassen, peulvruchten, vruchtgewassen of aardappelen op te telen. Jaarlijks schuift steeds een deel op zodat elk gedeelte maar eens in de vier, vijf of zes jaar met hetzelfde soort gewas bebouwd wordt.